Hymn 580
William Gadsby (1773-1844)
Sinners Married to Christ
Romans 7. 4; Jeremiah 3. 14
My soul with holy wonder views
The love the Lord the Saviour shows, To wretched, dying man; So strange, so boundless is his grace, He takes the vilest of our race With him to live and reign. He’ll charm them with a holy kiss, And make them know what union is; He’ll draw them to his breast; A smiling eye upon them cast, Which brings them to his feet in haste, Each singing, “I am blest!” “I’m blest, I’m blest, for ever blest; My rags are gone, and I am dressed In garments white as snow; I’m married to the Lord the Lamb, Whose beauties I can ne’er explain, Nor half his glory show.” |
Zondaren gehuwd met Christus
Romeinen 7:4; Jeremia 3:14
Mijn ziel beschouwt met heilige verwondering
De liefde die de Heere de Heiland betoont, Aan ellendige, stervende mensen; Zo ongewoon, zo grenzeloos is Zijn genade, Hij neemt de walglijkste van ons geslacht Om met Hem te leven en te regeren. Hij verrukt hen met een heilige kus, En doet hen kennen wat vereniging is; Hij trekt hen tot Zijn borst; Werpt een glimlachend oog op hen, Wat hen met haast aan Zijn voeten brengt, Elkeen zingt, ‘Ik ben gezegend!’ ‘Ik ben gezegend, ik ben gezegend, voor eeuwig gezegend; Mijn lompen zijn verdwenen, en ik ben gekleed In klederen wit als sneeuw; Ik ben gehuwd met de Heere het Lam, Van Wie ik de schoonheden nooit kan uitleggen, Noch voor de helft Zijn heerlijkheid tonen.’ Vertaling: Gerben Jongsma
Berijmd
Verwonderd ziet mijn zielenoog Hoe diep de Heere Jezus boog Naar zieken tot de dood. Zo vreemd: genade zonder grens! God kiest de meest onreine mens Tot troon- en heilgenoot. Zijn zuiv’re kus verlokt. Hij leert De eenheid die Hij Zelf begeert; Hij trekt hen dichterbij. Hij kijkt hen vol van vreugde aan, Zodat ze sneller tot Hem gaan. Elk zingt: Hij zegent mij! Hij zegent mij, Hij zegent steeds; Weg lompen, want Hij kleedt me reeds In wit als sneeuw zo rein. Ik ben getrouwd met God het Lam, Wiens heerlijkheid mij overkwam - Och, half Zijn beeld te zijn! |