Hymn 633
William Gadsby (1773-1844)
Having loved his own …
he loved them unto the end John 13. 1
The love of Christ is rich and free;
Fixed on his own eternally; Nor earth, nor hell, can it remove; Long as he lives, his own he’ll love. His loving heart engaged to be Their everlasting Surety; ’Twas love that took their cause in hand, And love maintains it to the end. Love cannot from its post withdraw; Nor death, nor hell, nor sin, nor law, Can turn the Surety’s heart away; He’ll love his own to endless day. Love has redeemed his sheep with blood; And love will bring them safe to God; Love calls them all from death to life; And love will finish all their strife. He loves through every changing scene, Nor aught can him from Zion wean; Not all the wanderings of her heart Can make his love from her depart. At death, beyond the grave, he’ll love; In endless bliss, his own shall prove The blazing glory of that love Which never could from them remove. |
Hij de Zijnen … liefgehad had, zo heeft Hij hen liefgehad tot het einde
Johannes 13:1
De liefde van Christus is rijk en om niet;
Voor eeuwig op de Zijnen gevestigd; Noch aarde, noch hel kan het afwenden; Zolang Hij leeft zal Hij de Zijnen liefhebben. Zijn liefhebbende hart nam het op Zich Om hun eeuwige Borg te zijn; Het was liefde die hun zaak ter hand nam En liefde onderhoudt het tot het einde toe. Liefde kan zich niet van zijn post terugtrekken; Noch dood, noch hel, noch zonde, noch wet Kan het hart van de Borg wegtrekken; Hij zal de Zijnen tot in eeuwigheid liefhebben. Liefde heeft Zijn schapen met bloed verzoend En liefde zal hen veilig tot God brengen; Liefde roept hen allen van de dood tot het leven En liefde zal al hun strijd voleindigen. Hij heeft door alle wisselende tonelen lief, Niets kan Hem van Sion vervreemden; Al de afdwalingen van haar hart Doen Zijn liefde van haar niet scheiden. Bij de dood, achter het graf, zal Hij liefhebben; In de eindeloze gelukzaligheid zullen de Zijnen De schitterende heerlijkheid van die liefde ondervinden Die zich nooit van hen kan afwenden. Vertaling Pieter Zuidijk
Berijmd
Zie, Christus’ liefde, rijk en vrij, Rust op Zijn volk te allen tijd. Geen aard’ of hel zet die opzij: Hij leeft en mint Zijn volk in strijd. Hij gaf Zich, in een liefdesband, Hun Borg te zijn in eeuwigheid. Zijn liefde nam hun zaak ter hand, Zijn liefde draagt hen door de tijd. Zijn liefde laat zich niet ontslaan. Door wet of zonde, hel of dood. Niets trekt hun Borg bij hen vandaan, Hij mint Zijn volk in al hun nood. Zijn liefde kocht hen met Zijn bloed En liefde brengt hen veilig thuis. Zijn liefde riep hen uit de dood En liefde eindigt al hun kruis. Waar alles wijzigt, mint Hij vast En blijft Hij dichtbij Sion staan; Zelfs niet het dwalen van haar hart Laat Christus’ liefde van haar gaan. Voorbij het graf bemint Hij ook; En onder zegen zonder eind, Maakt straks Zijn Kerk Zijn liefde groot, Die nimmermeer van hen verdwijnt. |